Peter Capaldi: Klasse-ongelijkheid Britse entertainment

Peter Capaldi, de veelgeprezen Schotse acteur die vooral bekend is van zijn rollen als de twaalfde Doctor Who en de formidabele Malcolm Tucker in The Thick of It, heeft scherpe kritiek geuit op de Britse entertainmentindustrie. In een recent interview benadrukte Capaldi, een gerespecteerde naam in de acteerwereld, dat de industrie te sterk leunt op acteurs uit bevoorrechte milieus. Volgens hem leidt dit tot een talentenpool die geen goede afspiegeling is van de samenleving.

Capaldi, een ervaren acteur met een carrière van decennia, stelt dat het gebrek aan financiële steun voor aspirant-artiesten uit arbeidersgezinnen een aanzienlijke barrière vormt. Hij is van mening dat deze financiële ongelijkheid acteurs uit rijkere milieus, die mogelijk minder talent en levenservaring hebben, in staat stelt om hoofdrollen te bemachtigen, simpelweg omdat ze de economische middelen hebben om zich in de industrie te navigeren. “Het is niet hun schuld,” verklaarde Capaldi in The Observer Magazine, waarbij hij benadrukte dat het hem niet gaat om het beschuldigen van individuen, maar om de systemische problemen binnen de industrie. “Het is gewoon dat er steeds minder mensen van mijn soort in de kunsten zitten.”

Deze situatie schaadt volgens acteur Peter Capaldi uiteindelijk de Britse entertainmentindustrie. Hij is van mening dat kunst inclusief en representatief moet zijn: “Kunst gaat over het uitreiken. Dus ik denk dat het verkeerd is om toe te staan dat één laag van de samenleving de meeste toegang heeft.” Door kansen te beperken tot een specifiek segment van de samenleving, loopt de industrie het risico een schat aan divers talent en perspectieven mis te lopen die acteurs uit de arbeidersklasse zouden kunnen brengen.

De 65-jarige acteur, die opgroeide in een flatgebouw in Glasgow, spreekt uit persoonlijke ervaring. Hij benadrukt dat veel potentiële grote kunstenaars en artiesten worden buitengesloten vanwege deze systemische barrières. Capaldi’s eigen reis naar het acteren werd gefaciliteerd door overheidssteun voor kunstonderwijs, een systeem dat hij cruciaal acht voor sociale mobiliteit en artistieke diversiteit.

Peter Capaldi’s perspectief is geworteld in zijn overtuiging dat zijn eigen succesvolle acteercarrière, met prominente rollen in Doctor Who en The Thick of It, mogelijk werd gemaakt door toegankelijk onderwijs. “We hadden niets. Helemaal niets,” vertelt hij, waarbij hij zijn arbeidersachtergrond benadrukt. “Al dit chique leven dat ik heb gehad, is omdat ik naar de kunstacademie ben gegaan. Mijn ouders konden het niet betalen om me te sturen.” Hij onderstreept het belang van overheidsfinanciering om individuen uit alle lagen van de bevolking in staat te stellen zich met kunst en cultuur bezig te houden, van Shakespeare tot Vermeer, wat de samenleving als geheel verrijkt.

Acteur Peter Capaldi, die momenteel samen met Cush Jumbo schittert in de Apple TV+ misdaaddramaserie Criminal Record, blijft een prominente figuur in de Britse televisie. Hij wijst op de “poortwachters en Azteken” binnen de acteerwereld die de toegang controleren en vaak talent uit minder bevoorrechte milieus over het hoofd zien. Dit ongelijke speelveld resulteert volgens Capaldi in een industrie die bevolkt wordt door “mensen die niet echt zijn”. Hij beschrijft ontmoetingen met individuen die een imago van kunstenaarschap projecteren door middel van “chique accenten”, maar die echte diepgang en authenticiteit missen.

Capaldi gaat dieper in op deze observatie en merkt een “gladheid, een soort zelfvertrouwen dat voortkomt uit een goede school” op, wat verward kan worden met talent. Hoewel hij de voordelen van een goede opleiding erkent, bekritiseert hij hoe dit kan leiden tot een gehomogeniseerde en minder genuanceerde acteerstijl. “Maar het kan het acteren glad maken, wat ik saai vind. Ik hou meer van neurose,” zegt Capaldi, pleitend voor een rauwer, emotioneel complexere benadering van performance, die vaak wordt gevonden bij acteurs met diverse levenservaringen.

De zorgen van acteur Peter Capaldi worden door andere stemmen in de industrie geëchoed. David Mumeni, oprichter van het Open Door-programma, dat acteurs uit financieel achtergestelde milieus ondersteunt, en Maria Artool, oprichter van International Body of Art, steunen beiden Capaldi’s standpunt. Artools onderzoek wijst uit dat een aanzienlijk deel van de kunstenaars uit de arbeidersklasse moeite heeft om door te breken in de industrie, wat de systemische aard van het probleem benadrukt. “Er zijn zoveel getalenteerde mensen die nooit de kans krijgen om gezien te worden en te laten zien wat ze kunnen,” benadrukt Artool.

Julie Hesmondhalgh, bekend van haar rollen in Coronation Street en Mr Bates vs the Post Office, steunt ook Capaldi’s argument. Ze wijst op de afname van de kunstfinanciering in staatsscholen en de toenemende investeringen in drama- en kunstonderwijs in privéscholen als een belangrijke factor in deze onbalans. Hesmondhalgh beschouwt zichzelf, net als Capaldi, als onderdeel van een generatie die profiteerde van het naoorlogse beleid dat gericht was op het bevorderen van de deelname van de arbeidersklasse aan de kunsten, een systeem dat volgens haar nu aan het eroderen is.

Concluderend werpt de kritiek van acteur Peter Capaldi op de Britse entertainmentindustrie licht op het hardnekkige probleem van klassevooroordelen. Zijn oproep tot meer inclusiviteit en toegankelijkheid resoneert met velen in de kunsten, waarbij hij de noodzaak benadrukt van systemische veranderingen om ervoor te zorgen dat talent, ongeacht de achtergrond, de kans krijgt om te bloeien en het culturele landschap te verrijken.

Reacties

Nog geen reacties. Waarom begin je de discussie niet?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *